Vervoeging van het werkwoord verwestlichen in alle Duitse tijden
Hier zijn de vervoegtabellen van het werkwoord verwestlichen in het Duits. Om de vervoeging van een ander Duits werkwoord te zoeken, kun je hier klikken.
Vervoeging van het werkwoord "verwestlichen" in de Indikativ tijd
De Indikativ tijd is de meest gebruikte vervoeging in het Duits. Ze maken het mogelijk om een echt feit of echte actie uit te drukken zonder af te wijken van de realiteit.
Präsens
- ich verwestliche
- du verwestlichst
- er/sie/es verwestlicht
- wir verwestlichen
- ihr verwestlicht
- Sie verwestlichen
Perfekt
- ich habe verwestlicht
- du hast verwestlicht
- er/sie/es hat verwestlicht
- wir haben verwestlicht
- ihr habt verwestlicht
- Sie haben verwestlicht
Präteritum
- ich verwestlichte
- du verwestlichtest
- er/sie/es verwestlichte
- wir verwestlichten
- ihr verwestlichtet
- Sie verwestlichten
Plusquamperfekt
- ich hatte verwestlicht
- du hattest verwestlicht
- er/sie/es hatte verwestlicht
- wir hatten verwestlicht
- ihr hattet verwestlicht
- Sie hatten verwestlicht
Futur I
- ich werde verwestlichen
- du wirst verwestlichen
- er/sie/es wird verwestlichen
- wir werden verwestlichen
- ihr werdet verwestlichen
- Sie werden verwestlichen
Futur II
- ich werde verwestlicht haben
- du wirst verwestlicht haben
- er/sie/es wird verwestlicht haben
- wir werden verwestlicht haben
- ihr werdet verwestlicht haben
- Sie werden verwestlicht haben
Vervoeging van het werkwoord "verwestlichen" in de Imperativ, de Partizip tijd en de Infinitiv
De Imperativ en de Partizip tijd in Duitse vervoeging. Ze komen vaak voor.
De Imperativ wordt in het Duits gebruikt om orders te geven, iets te eisen van iemand of om iemand te vragen iets te doen. Deze wijs wordt vaak gebruikt in het Duits. De Partizip I en de Partizip II worden gebruikt in plaats van vervoegde werkwoorden of bijvoeglijke naamwoorden.
Imperativ Präsens
- verwestliche (du)
- verwestlichen wir
- verwestlicht ihr
- verwestlichen Sie
Vervoeging van het werkwoord "verwestlichen" in de Konjunktiv I in het Duits
De hoofdfunctie van de Konjunktiv I in het Duits is indirect spreken, deze tijd wordt minder gebruikt in het Duits.
Konjunktiv I Präsens
- ich verwestliche
- du verwestlichest
- er/sie/es verwestliche
- wir verwestlichen
- ihr verwestlichet
- Sie verwestlichen
Konjunktiv I Perfekt
- ich habe verwestlicht
- du habest verwestlicht
- er/sie/es habe verwestlicht
- wir haben verwestlicht
- ihr habet verwestlicht
- Sie haben verwestlicht
Konjunktiv I Futur I
- ich werde verwestlichen
- du werdest verwestlichen
- er/sie/es werde verwestlichen
- wir werden verwestlichen
- ihr werdet verwestlichen
- Sie werden verwestlichen
Konjunktiv I Futur II
- ich werde verwestlicht haben
- du werdest verwestlicht haben
- er/sie/es werde verwestlicht haben
- wir werden verwestlicht haben
- ihr werdet verwestlicht haben
- Sie werden verwestlicht haben
Vervoeging van het werkwoord "verwestlichen" in de Konjunktiv II in het Duits.
De Konjunktiv II wordt hoofdzakelijk gebruikt om het onechte uit de drukken in het Duits. Deze tijd wordt niet vaak gebruikt.
Dit creëert een gat tussen spraak en werkelijkheid. De Konjunktiv II wordt gebruik om een hypothese, wens of een zin met een voorwaarde uit te drukken. Deze tijd wordt ook gebruik voor conventionele beleefde uitdrukking in het Duits.
Konjunktiv II Präteritum
- ich verwestlichte
- du verwestlichtest
- er/sie/es verwestlichte
- wir verwestlichten
- ihr verwestlichtet
- Sie verwestlichten
Konjunktiv II Plusquamperfekt
- ich hätte verwestlicht
- du hättest verwestlicht
- er/sie/es hätte verwestlicht
- wir hätten verwestlicht
- ihr hättet verwestlicht
- Sie hätten verwestlicht
Konjunktiv II Futur I
- ich würde verwestlichen
- du würdest verwestlichen
- er/sie/es würde verwestlichen
- wir würden verwestlichen
- ihr würdet verwestlichen
- Sie würden verwestlichen
Konjunktiv II Futur II
- ich würde verwestlicht haben
- du würdest verwestlicht haben
- er/sie/es würde verwestlicht haben
- wir würden verwestlicht haben
- ihr würdet verwestlicht haben
- Sie würden verwestlicht haben
Zoek naar de vervoeging van een ander werkwoord in het Duits
Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken:
herunterschneidenkaschenuntersagenverbreitenvertextenverweisenverwesenverwettenverwirrenvorbeikommenweichredenzumischen
