Vervoeging van het werkwoord verhundertfachen in alle Duitse tijden

Hier zijn de vervoegtabellen van het werkwoord verhundertfachen in het Duits. Om de vervoeging van een ander Duits werkwoord te zoeken, kun je hier klikken.

Vervoeging van het werkwoord "verhundertfachen" in de Indikativ tijd

De Indikativ tijd is de meest gebruikte vervoeging in het Duits. Ze maken het mogelijk om een echt feit of echte actie uit te drukken zonder af te wijken van de realiteit.

Präsens

  • ich verhundertfache
  • du verhundertfachst
  • er/sie/es verhundertfacht
  • wir verhundertfachen
  • ihr verhundertfacht
  • Sie verhundertfachen

Perfekt

  • ich habe verhundertfacht
  • du hast verhundertfacht
  • er/sie/es hat verhundertfacht
  • wir haben verhundertfacht
  • ihr habt verhundertfacht
  • Sie haben verhundertfacht

Präteritum

  • ich verhundertfachte
  • du verhundertfachtest
  • er/sie/es verhundertfachte
  • wir verhundertfachten
  • ihr verhundertfachtet
  • Sie verhundertfachten

Plusquamperfekt

  • ich hatte verhundertfacht
  • du hattest verhundertfacht
  • er/sie/es hatte verhundertfacht
  • wir hatten verhundertfacht
  • ihr hattet verhundertfacht
  • Sie hatten verhundertfacht

Futur I

  • ich werde verhundertfachen
  • du wirst verhundertfachen
  • er/sie/es wird verhundertfachen
  • wir werden verhundertfachen
  • ihr werdet verhundertfachen
  • Sie werden verhundertfachen

Futur II

  • ich werde verhundertfacht haben
  • du wirst verhundertfacht haben
  • er/sie/es wird verhundertfacht haben
  • wir werden verhundertfacht haben
  • ihr werdet verhundertfacht haben
  • Sie werden verhundertfacht haben

Vervoeging van het werkwoord "verhundertfachen" in de Imperativ, de Partizip tijd en de Infinitiv

De Imperativ en de Partizip tijd in Duitse vervoeging. Ze komen vaak voor.

De Imperativ wordt in het Duits gebruikt om orders te geven, iets te eisen van iemand of om iemand te vragen iets te doen. Deze wijs wordt vaak gebruikt in het Duits. De Partizip I en de Partizip II worden gebruikt in plaats van vervoegde werkwoorden of bijvoeglijke naamwoorden.

Imperativ Präsens

  • verhundertfache (du)
  • verhundertfachen wir
  • verhundertfacht ihr
  • verhundertfachen Sie

Infinitiv - Präsens

  • verhundertfachen

Infinitiv - Perfekt

  • verhundertfacht haben

Partizip Präsens

  • verhundertfachend

Partizip Perfekt

  • verhundertfacht

Vervoeging van het werkwoord "verhundertfachen" in de Konjunktiv I in het Duits

De hoofdfunctie van de Konjunktiv I in het Duits is indirect spreken, deze tijd wordt minder gebruikt in het Duits.

Konjunktiv I Präsens

  • ich verhundertfache
  • du verhundertfachest
  • er/sie/es verhundertfache
  • wir verhundertfachen
  • ihr verhundertfachet
  • Sie verhundertfachen

Konjunktiv I Perfekt

  • ich habe verhundertfacht
  • du habest verhundertfacht
  • er/sie/es habe verhundertfacht
  • wir haben verhundertfacht
  • ihr habet verhundertfacht
  • Sie haben verhundertfacht

Konjunktiv I Futur I

  • ich werde verhundertfachen
  • du werdest verhundertfachen
  • er/sie/es werde verhundertfachen
  • wir werden verhundertfachen
  • ihr werdet verhundertfachen
  • Sie werden verhundertfachen

Konjunktiv I Futur II

  • ich werde verhundertfacht haben
  • du werdest verhundertfacht haben
  • er/sie/es werde verhundertfacht haben
  • wir werden verhundertfacht haben
  • ihr werdet verhundertfacht haben
  • Sie werden verhundertfacht haben

Vervoeging van het werkwoord "verhundertfachen" in de Konjunktiv II in het Duits.

De Konjunktiv II wordt hoofdzakelijk gebruikt om het onechte uit de drukken in het Duits. Deze tijd wordt niet vaak gebruikt.

Dit creëert een gat tussen spraak en werkelijkheid. De Konjunktiv II wordt gebruik om een hypothese, wens of een zin met een voorwaarde uit te drukken. Deze tijd wordt ook gebruik voor conventionele beleefde uitdrukking in het Duits.

Konjunktiv II Präteritum

  • ich verhundertfachte
  • du verhundertfachtest
  • er/sie/es verhundertfachte
  • wir verhundertfachten
  • ihr verhundertfachtet
  • Sie verhundertfachten

Konjunktiv II Plusquamperfekt

  • ich hätte verhundertfacht
  • du hättest verhundertfacht
  • er/sie/es hätte verhundertfacht
  • wir hätten verhundertfacht
  • ihr hättet verhundertfacht
  • Sie hätten verhundertfacht

Konjunktiv II Futur I

  • ich würde verhundertfachen
  • du würdest verhundertfachen
  • er/sie/es würde verhundertfachen
  • wir würden verhundertfachen
  • ihr würdet verhundertfachen
  • Sie würden verhundertfachen

Konjunktiv II Futur II

  • ich würde verhundertfacht haben
  • du würdest verhundertfacht haben
  • er/sie/es würde verhundertfacht haben
  • wir würden verhundertfacht haben
  • ihr würdet verhundertfacht haben
  • Sie würden verhundertfacht haben

Zoek naar de vervoeging van een ander werkwoord in het Duits

Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken: herausprustenhinüberreichenüberbuchenübersättigenvergeistigenverhökernverhüllenverhungernverjährenvernehmenvoltigierenweiterleben