Vervoeging van het werkwoord retten in alle Duitse tijden

Hier zijn de vervoegtabellen van het werkwoord retten in het Duits. Om de vervoeging van een ander Duits werkwoord te zoeken, kun je hier klikken.

Vervoeging van het werkwoord "retten" in de Indikativ tijd

De Indikativ tijd is de meest gebruikte vervoeging in het Duits. Ze maken het mogelijk om een echt feit of echte actie uit te drukken zonder af te wijken van de realiteit.

Präsens

  • ich rette
  • du rettest
  • er/sie/es rettet
  • wir retten
  • ihr rettet
  • Sie retten

Perfekt

  • ich habe gerettet
  • du hast gerettet
  • er/sie/es hat gerettet
  • wir haben gerettet
  • ihr habt gerettet
  • Sie haben gerettet

Präteritum

  • ich rettete
  • du rettetest
  • er/sie/es rettete
  • wir retteten
  • ihr rettetet
  • Sie retteten

Plusquamperfekt

  • ich hatte gerettet
  • du hattest gerettet
  • er/sie/es hatte gerettet
  • wir hatten gerettet
  • ihr hattet gerettet
  • Sie hatten gerettet

Futur I

  • ich werde retten
  • du wirst retten
  • er/sie/es wird retten
  • wir werden retten
  • ihr werdet retten
  • Sie werden retten

Futur II

  • ich werde gerettet haben
  • du wirst gerettet haben
  • er/sie/es wird gerettet haben
  • wir werden gerettet haben
  • ihr werdet gerettet haben
  • Sie werden gerettet haben

Vervoeging van het werkwoord "retten" in de Imperativ, de Partizip tijd en de Infinitiv

De Imperativ en de Partizip tijd in Duitse vervoeging. Ze komen vaak voor.

De Imperativ wordt in het Duits gebruikt om orders te geven, iets te eisen van iemand of om iemand te vragen iets te doen. Deze wijs wordt vaak gebruikt in het Duits. De Partizip I en de Partizip II worden gebruikt in plaats van vervoegde werkwoorden of bijvoeglijke naamwoorden.

Imperativ Präsens

  • rette (du)
  • retten wir
  • rettet ihr
  • retten Sie

Infinitiv - Präsens

  • retten

Infinitiv - Perfekt

  • gerettet haben

Partizip Präsens

  • rettend

Partizip Perfekt

  • gerettet

Vervoeging van het werkwoord "retten" in de Konjunktiv I in het Duits

De hoofdfunctie van de Konjunktiv I in het Duits is indirect spreken, deze tijd wordt minder gebruikt in het Duits.

Konjunktiv I Präsens

  • ich rette
  • du rettest
  • er/sie/es rette
  • wir retten
  • ihr rettet
  • Sie retten

Konjunktiv I Perfekt

  • ich habe gerettet
  • du habest gerettet
  • er/sie/es habe gerettet
  • wir haben gerettet
  • ihr habet gerettet
  • Sie haben gerettet

Konjunktiv I Futur I

  • ich werde retten
  • du werdest retten
  • er/sie/es werde retten
  • wir werden retten
  • ihr werdet retten
  • Sie werden retten

Konjunktiv I Futur II

  • ich werde gerettet haben
  • du werdest gerettet haben
  • er/sie/es werde gerettet haben
  • wir werden gerettet haben
  • ihr werdet gerettet haben
  • Sie werden gerettet haben

Vervoeging van het werkwoord "retten" in de Konjunktiv II in het Duits.

De Konjunktiv II wordt hoofdzakelijk gebruikt om het onechte uit de drukken in het Duits. Deze tijd wordt niet vaak gebruikt.

Dit creëert een gat tussen spraak en werkelijkheid. De Konjunktiv II wordt gebruik om een hypothese, wens of een zin met een voorwaarde uit te drukken. Deze tijd wordt ook gebruik voor conventionele beleefde uitdrukking in het Duits.

Konjunktiv II Präteritum

  • ich rettete
  • du rettetest
  • er/sie/es rettete
  • wir retteten
  • ihr rettetet
  • Sie retteten

Konjunktiv II Plusquamperfekt

  • ich hätte gerettet
  • du hättest gerettet
  • er/sie/es hätte gerettet
  • wir hätten gerettet
  • ihr hättet gerettet
  • Sie hätten gerettet

Konjunktiv II Futur I

  • ich würde retten
  • du würdest retten
  • er/sie/es würde retten
  • wir würden retten
  • ihr würdet retten
  • Sie würden retten

Konjunktiv II Futur II

  • ich würde gerettet haben
  • du würdest gerettet haben
  • er/sie/es würde gerettet haben
  • wir würden gerettet haben
  • ihr würdet gerettet haben
  • Sie würden gerettet haben

Zoek naar de vervoeging van een ander werkwoord in het Duits

Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken: einflickenflachsennebeneinanderstellenobligierenreinwaschenresümierenretrozedierenreturnierenrevidierenrunterlaufensiegelnüberglasenvorwagenzusammenspinnen