Vervoeging van het werkwoord prostituieren in alle Duitse tijden

Hier zijn de vervoegtabellen van het werkwoord prostituieren in het Duits. Om de vervoeging van een ander Duits werkwoord te zoeken, kun je hier klikken.

Vervoeging van het werkwoord "prostituieren" in de Indikativ tijd

De Indikativ tijd is de meest gebruikte vervoeging in het Duits. Ze maken het mogelijk om een echt feit of echte actie uit te drukken zonder af te wijken van de realiteit.

Präsens

  • ich prostituiere
  • du prostituierst
  • er/sie/es prostituiert
  • wir prostituieren
  • ihr prostituiert
  • Sie prostituieren

Perfekt

  • ich habe prostituiert
  • du hast prostituiert
  • er/sie/es hat prostituiert
  • wir haben prostituiert
  • ihr habt prostituiert
  • Sie haben prostituiert

Präteritum

  • ich prostituierte
  • du prostituiertest
  • er/sie/es prostituierte
  • wir prostituierten
  • ihr prostituiertet
  • Sie prostituierten

Plusquamperfekt

  • ich hatte prostituiert
  • du hattest prostituiert
  • er/sie/es hatte prostituiert
  • wir hatten prostituiert
  • ihr hattet prostituiert
  • Sie hatten prostituiert

Futur I

  • ich werde prostituieren
  • du wirst prostituieren
  • er/sie/es wird prostituieren
  • wir werden prostituieren
  • ihr werdet prostituieren
  • Sie werden prostituieren

Futur II

  • ich werde prostituiert haben
  • du wirst prostituiert haben
  • er/sie/es wird prostituiert haben
  • wir werden prostituiert haben
  • ihr werdet prostituiert haben
  • Sie werden prostituiert haben

Vervoeging van het werkwoord "prostituieren" in de Imperativ, de Partizip tijd en de Infinitiv

De Imperativ en de Partizip tijd in Duitse vervoeging. Ze komen vaak voor.

De Imperativ wordt in het Duits gebruikt om orders te geven, iets te eisen van iemand of om iemand te vragen iets te doen. Deze wijs wordt vaak gebruikt in het Duits. De Partizip I en de Partizip II worden gebruikt in plaats van vervoegde werkwoorden of bijvoeglijke naamwoorden.

Imperativ Präsens

  • prostituiere (du)
  • prostituieren wir
  • prostituiert ihr
  • prostituieren Sie

Infinitiv - Präsens

  • prostituieren

Infinitiv - Perfekt

  • prostituiert haben

Partizip Präsens

  • prostituierend

Partizip Perfekt

  • prostituiert

Vervoeging van het werkwoord "prostituieren" in de Konjunktiv I in het Duits

De hoofdfunctie van de Konjunktiv I in het Duits is indirect spreken, deze tijd wordt minder gebruikt in het Duits.

Konjunktiv I Präsens

  • ich prostituiere
  • du prostituierest
  • er/sie/es prostituiere
  • wir prostituieren
  • ihr prostituieret
  • Sie prostituieren

Konjunktiv I Perfekt

  • ich habe prostituiert
  • du habest prostituiert
  • er/sie/es habe prostituiert
  • wir haben prostituiert
  • ihr habet prostituiert
  • Sie haben prostituiert

Konjunktiv I Futur I

  • ich werde prostituieren
  • du werdest prostituieren
  • er/sie/es werde prostituieren
  • wir werden prostituieren
  • ihr werdet prostituieren
  • Sie werden prostituieren

Konjunktiv I Futur II

  • ich werde prostituiert haben
  • du werdest prostituiert haben
  • er/sie/es werde prostituiert haben
  • wir werden prostituiert haben
  • ihr werdet prostituiert haben
  • Sie werden prostituiert haben

Vervoeging van het werkwoord "prostituieren" in de Konjunktiv II in het Duits.

De Konjunktiv II wordt hoofdzakelijk gebruikt om het onechte uit de drukken in het Duits. Deze tijd wordt niet vaak gebruikt.

Dit creëert een gat tussen spraak en werkelijkheid. De Konjunktiv II wordt gebruik om een hypothese, wens of een zin met een voorwaarde uit te drukken. Deze tijd wordt ook gebruik voor conventionele beleefde uitdrukking in het Duits.

Konjunktiv II Präteritum

  • ich prostituierte
  • du prostituiertest
  • er/sie/es prostituierte
  • wir prostituierten
  • ihr prostituiertet
  • Sie prostituierten

Konjunktiv II Plusquamperfekt

  • ich hätte prostituiert
  • du hättest prostituiert
  • er/sie/es hätte prostituiert
  • wir hätten prostituiert
  • ihr hättet prostituiert
  • Sie hätten prostituiert

Konjunktiv II Futur I

  • ich würde prostituieren
  • du würdest prostituieren
  • er/sie/es würde prostituieren
  • wir würden prostituieren
  • ihr würdet prostituieren
  • Sie würden prostituieren

Konjunktiv II Futur II

  • ich würde prostituiert haben
  • du würdest prostituiert haben
  • er/sie/es würde prostituiert haben
  • wir würden prostituiert haben
  • ihr würdet prostituiert haben
  • Sie würden prostituiert haben

Zoek naar de vervoeging van een ander werkwoord in het Duits

Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken: dübelnerhöhenmitdiskutierenmitweinenpoussierenprophezeienprostenprotegierenprozessierenrausholensauberhaltenstöbernverwebenzücken