Vervoeging van het werkwoord privatisieren in alle Duitse tijden
Hier zijn de vervoegtabellen van het werkwoord privatisieren in het Duits. Om de vervoeging van een ander Duits werkwoord te zoeken, kun je hier klikken.
Vervoeging van het werkwoord "privatisieren" in de Indikativ tijd
De Indikativ tijd is de meest gebruikte vervoeging in het Duits. Ze maken het mogelijk om een echt feit of echte actie uit te drukken zonder af te wijken van de realiteit.
Präsens
- ich privatisiere
- du privatisierst
- er/sie/es privatisiert
- wir privatisieren
- ihr privatisiert
- Sie privatisieren
Perfekt
- ich habe privatisiert
- du hast privatisiert
- er/sie/es hat privatisiert
- wir haben privatisiert
- ihr habt privatisiert
- Sie haben privatisiert
Präteritum
- ich privatisierte
- du privatisiertest
- er/sie/es privatisierte
- wir privatisierten
- ihr privatisiertet
- Sie privatisierten
Plusquamperfekt
- ich hatte privatisiert
- du hattest privatisiert
- er/sie/es hatte privatisiert
- wir hatten privatisiert
- ihr hattet privatisiert
- Sie hatten privatisiert
Futur I
- ich werde privatisieren
- du wirst privatisieren
- er/sie/es wird privatisieren
- wir werden privatisieren
- ihr werdet privatisieren
- Sie werden privatisieren
Futur II
- ich werde privatisiert haben
- du wirst privatisiert haben
- er/sie/es wird privatisiert haben
- wir werden privatisiert haben
- ihr werdet privatisiert haben
- Sie werden privatisiert haben
Vervoeging van het werkwoord "privatisieren" in de Imperativ, de Partizip tijd en de Infinitiv
De Imperativ en de Partizip tijd in Duitse vervoeging. Ze komen vaak voor.
De Imperativ wordt in het Duits gebruikt om orders te geven, iets te eisen van iemand of om iemand te vragen iets te doen. Deze wijs wordt vaak gebruikt in het Duits. De Partizip I en de Partizip II worden gebruikt in plaats van vervoegde werkwoorden of bijvoeglijke naamwoorden.
Imperativ Präsens
- privatisiere (du)
- privatisieren wir
- privatisiert ihr
- privatisieren Sie
Vervoeging van het werkwoord "privatisieren" in de Konjunktiv I in het Duits
De hoofdfunctie van de Konjunktiv I in het Duits is indirect spreken, deze tijd wordt minder gebruikt in het Duits.
Konjunktiv I Präsens
- ich privatisiere
- du privatisierest
- er/sie/es privatisiere
- wir privatisieren
- ihr privatisieret
- Sie privatisieren
Konjunktiv I Perfekt
- ich habe privatisiert
- du habest privatisiert
- er/sie/es habe privatisiert
- wir haben privatisiert
- ihr habet privatisiert
- Sie haben privatisiert
Konjunktiv I Futur I
- ich werde privatisieren
- du werdest privatisieren
- er/sie/es werde privatisieren
- wir werden privatisieren
- ihr werdet privatisieren
- Sie werden privatisieren
Konjunktiv I Futur II
- ich werde privatisiert haben
- du werdest privatisiert haben
- er/sie/es werde privatisiert haben
- wir werden privatisiert haben
- ihr werdet privatisiert haben
- Sie werden privatisiert haben
Vervoeging van het werkwoord "privatisieren" in de Konjunktiv II in het Duits.
De Konjunktiv II wordt hoofdzakelijk gebruikt om het onechte uit de drukken in het Duits. Deze tijd wordt niet vaak gebruikt.
Dit creëert een gat tussen spraak en werkelijkheid. De Konjunktiv II wordt gebruik om een hypothese, wens of een zin met een voorwaarde uit te drukken. Deze tijd wordt ook gebruik voor conventionele beleefde uitdrukking in het Duits.
Konjunktiv II Präteritum
- ich privatisierte
- du privatisiertest
- er/sie/es privatisierte
- wir privatisierten
- ihr privatisiertet
- Sie privatisierten
Konjunktiv II Plusquamperfekt
- ich hätte privatisiert
- du hättest privatisiert
- er/sie/es hätte privatisiert
- wir hätten privatisiert
- ihr hättet privatisiert
- Sie hätten privatisiert
Konjunktiv II Futur I
- ich würde privatisieren
- du würdest privatisieren
- er/sie/es würde privatisieren
- wir würden privatisieren
- ihr würdet privatisieren
- Sie würden privatisieren
Konjunktiv II Futur II
- ich würde privatisiert haben
- du würdest privatisiert haben
- er/sie/es würde privatisiert haben
- wir würden privatisiert haben
- ihr würdet privatisiert haben
- Sie würden privatisiert haben
Zoek naar de vervoeging van een ander werkwoord in het Duits
Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken:
dreinredenerfragenmißbrauchenmitstimmenpoetisierenprickelnpritschenprivilegierenprofilierensteinigenverunechtenzippen