Vervoeging van het werkwoord nachmelden in alle Duitse tijden
                              
 
                              Hier zijn de vervoegtabellen van het werkwoord nachmelden in het Duits. Om de vervoeging van een ander Duits werkwoord te zoeken, kun je hier klikken.
                              
 
                              Vervoeging van het werkwoord "nachmelden" in de Indikativ tijd
                              
 
                              De Indikativ tijd is de meest gebruikte vervoeging in het Duits. Ze maken het mogelijk om een echt feit of echte actie uit te drukken zonder af te wijken van de realiteit.
                               
                                                                           Präsens
                                                                                - ich melde nach
- du meldest nach
- er/sie/es meldet nach
- wir melden nach
- ihr meldet nach
- Sie melden nach
                                                                            Perfekt
                                                                                - ich habe nachgemeldet
- du hast nachgemeldet
- er/sie/es hat nachgemeldet
- wir haben nachgemeldet
- ihr habt nachgemeldet
- Sie haben nachgemeldet
                                                                            Präteritum
                                                                                - ich meldete nach
- du meldetest nach
- er/sie/es meldete nach
- wir meldeten nach
- ihr meldetet nach
- Sie meldeten nach
                                                                                                                                                Plusquamperfekt
                                                                                - ich hatte nachgemeldet
- du hattest nachgemeldet
- er/sie/es hatte nachgemeldet
- wir hatten nachgemeldet
- ihr hattet nachgemeldet
- Sie hatten nachgemeldet
                                                                            Futur I
                                                                                - ich werde nachmelden
- du wirst nachmelden
- er/sie/es wird nachmelden
- wir werden nachmelden
- ihr werdet nachmelden
- Sie werden nachmelden
                                                                            Futur II
                                                                                - ich werde nachgemeldet haben
- du wirst nachgemeldet haben
- er/sie/es wird nachgemeldet haben
- wir werden nachgemeldet haben
- ihr werdet nachgemeldet haben
- Sie werden nachgemeldet haben
                                                                     
                              Vervoeging van het werkwoord "nachmelden" in de Imperativ, de Partizip tijd en de Infinitiv
                              
                                 
                              De Imperativ en de Partizip tijd in Duitse vervoeging. Ze komen vaak voor.
                              
                              De Imperativ wordt in het Duits gebruikt om orders te geven, iets te eisen van iemand of om iemand te vragen iets te doen. Deze wijs wordt vaak gebruikt in het Duits. De Partizip I en de Partizip II worden gebruikt in plaats van vervoegde werkwoorden of bijvoeglijke naamwoorden.
                              
                                                                                                            Imperativ Präsens
                                                                                - melde (du) nach
- melden wir nach
- meldet ihr nach
- melden Sie nach
                                                                                                                                                                                  
                              Vervoeging van het werkwoord "nachmelden" in de Konjunktiv I in het Duits
                              
                                 
                              De hoofdfunctie van de Konjunktiv I in het Duits is indirect spreken, deze tijd wordt minder gebruikt in het Duits.
                              
                                                                                                            Konjunktiv I Präsens
                                                                                - ich melde nach
- du meldest nach
- er/sie/es melde nach
- wir melden nach
- ihr meldet nach
- Sie melden nach
                                                                            Konjunktiv I Perfekt
                                                                                - ich habe nachgemeldet
- du habest nachgemeldet
- er/sie/es habe nachgemeldet
- wir haben nachgemeldet
- ihr habet nachgemeldet
- Sie haben nachgemeldet
                                                                                                                                                Konjunktiv I Futur I
                                                                                - ich werde nachmelden
- du werdest nachmelden
- er/sie/es werde nachmelden
- wir werden nachmelden
- ihr werdet nachmelden
- Sie werden nachmelden
                                                                            Konjunktiv I Futur II
                                                                                - ich werde nachgemeldet haben
- du werdest nachgemeldet haben
- er/sie/es werde nachgemeldet haben
- wir werden nachgemeldet haben
- ihr werdet nachgemeldet haben
- Sie werden nachgemeldet haben
                                                                      
                              Vervoeging van het werkwoord "nachmelden" in de Konjunktiv II in het Duits.
                              
                                 
                              De Konjunktiv II wordt hoofdzakelijk gebruikt om het onechte uit de drukken in het Duits. Deze tijd wordt niet vaak gebruikt.
                              
                              Dit creëert een gat tussen spraak en werkelijkheid. De Konjunktiv II wordt gebruik om een hypothese, wens of een zin met een voorwaarde uit te drukken. Deze tijd wordt ook gebruik voor conventionele beleefde uitdrukking in het Duits.
                              
                                                                                                            Konjunktiv II Präteritum
                                                                                - ich meldete nach
- du meldetest nach
- er/sie/es meldete nach
- wir meldeten nach
- ihr meldetet nach
- Sie meldeten nach
                                                                            Konjunktiv II Plusquamperfekt
                                                                                - ich hätte nachgemeldet
- du hättest nachgemeldet
- er/sie/es hätte nachgemeldet
- wir hätten nachgemeldet
- ihr hättet nachgemeldet
- Sie hätten nachgemeldet
                                                                                                                                                Konjunktiv II Futur I
                                                                                - ich würde nachmelden
- du würdest nachmelden
- er/sie/es würde nachmelden
- wir würden nachmelden
- ihr würdet nachmelden
- Sie würden nachmelden
                                                                            Konjunktiv II Futur II
                                                                                - ich würde nachgemeldet haben
- du würdest nachgemeldet haben
- er/sie/es würde nachgemeldet haben
- wir würden nachgemeldet haben
- ihr würdet nachgemeldet haben
- Sie würden nachgemeldet haben
                                                                      
                              Zoek naar de vervoeging van een ander werkwoord in het Duits
                              
                              
                                                                  
                              Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken:
                              brateneinschlafenkolonisierenkrankmeldennachbildennachlernennachmalennachmessennachplappernniederschlagenquerdenkenschädigenvergnatzenwegschleppen