Vervoeging van het werkwoord islamisieren in alle Duitse tijden
Hier zijn de vervoegtabellen van het werkwoord islamisieren in het Duits. Om de vervoeging van een ander Duits werkwoord te zoeken, kun je hier klikken.
Vervoeging van het werkwoord "islamisieren" in de Indikativ tijd
De Indikativ tijd is de meest gebruikte vervoeging in het Duits. Ze maken het mogelijk om een echt feit of echte actie uit te drukken zonder af te wijken van de realiteit.
Präsens
- ich islamisiere
- du islamisierst
- er/sie/es islamisiert
- wir islamisieren
- ihr islamisiert
- Sie islamisieren
Perfekt
- ich habe islamisiert
- du hast islamisiert
- er/sie/es hat islamisiert
- wir haben islamisiert
- ihr habt islamisiert
- Sie haben islamisiert
Präteritum
- ich islamisierte
- du islamisiertest
- er/sie/es islamisierte
- wir islamisierten
- ihr islamisiertet
- Sie islamisierten
Plusquamperfekt
- ich hatte islamisiert
- du hattest islamisiert
- er/sie/es hatte islamisiert
- wir hatten islamisiert
- ihr hattet islamisiert
- Sie hatten islamisiert
Futur I
- ich werde islamisieren
- du wirst islamisieren
- er/sie/es wird islamisieren
- wir werden islamisieren
- ihr werdet islamisieren
- Sie werden islamisieren
Futur II
- ich werde islamisiert haben
- du wirst islamisiert haben
- er/sie/es wird islamisiert haben
- wir werden islamisiert haben
- ihr werdet islamisiert haben
- Sie werden islamisiert haben
Vervoeging van het werkwoord "islamisieren" in de Imperativ, de Partizip tijd en de Infinitiv
De Imperativ en de Partizip tijd in Duitse vervoeging. Ze komen vaak voor.
De Imperativ wordt in het Duits gebruikt om orders te geven, iets te eisen van iemand of om iemand te vragen iets te doen. Deze wijs wordt vaak gebruikt in het Duits. De Partizip I en de Partizip II worden gebruikt in plaats van vervoegde werkwoorden of bijvoeglijke naamwoorden.
Imperativ Präsens
- islamisiere (du)
- islamisieren wir
- islamisiert ihr
- islamisieren Sie
Vervoeging van het werkwoord "islamisieren" in de Konjunktiv I in het Duits
De hoofdfunctie van de Konjunktiv I in het Duits is indirect spreken, deze tijd wordt minder gebruikt in het Duits.
Konjunktiv I Präsens
- ich islamisiere
- du islamisierest
- er/sie/es islamisiere
- wir islamisieren
- ihr islamisieret
- Sie islamisieren
Konjunktiv I Perfekt
- ich habe islamisiert
- du habest islamisiert
- er/sie/es habe islamisiert
- wir haben islamisiert
- ihr habet islamisiert
- Sie haben islamisiert
Konjunktiv I Futur I
- ich werde islamisieren
- du werdest islamisieren
- er/sie/es werde islamisieren
- wir werden islamisieren
- ihr werdet islamisieren
- Sie werden islamisieren
Konjunktiv I Futur II
- ich werde islamisiert haben
- du werdest islamisiert haben
- er/sie/es werde islamisiert haben
- wir werden islamisiert haben
- ihr werdet islamisiert haben
- Sie werden islamisiert haben
Vervoeging van het werkwoord "islamisieren" in de Konjunktiv II in het Duits.
De Konjunktiv II wordt hoofdzakelijk gebruikt om het onechte uit de drukken in het Duits. Deze tijd wordt niet vaak gebruikt.
Dit creëert een gat tussen spraak en werkelijkheid. De Konjunktiv II wordt gebruik om een hypothese, wens of een zin met een voorwaarde uit te drukken. Deze tijd wordt ook gebruik voor conventionele beleefde uitdrukking in het Duits.
Konjunktiv II Präteritum
- ich islamisierte
- du islamisiertest
- er/sie/es islamisierte
- wir islamisierten
- ihr islamisiertet
- Sie islamisierten
Konjunktiv II Plusquamperfekt
- ich hätte islamisiert
- du hättest islamisiert
- er/sie/es hätte islamisiert
- wir hätten islamisiert
- ihr hättet islamisiert
- Sie hätten islamisiert
Konjunktiv II Futur I
- ich würde islamisieren
- du würdest islamisieren
- er/sie/es würde islamisieren
- wir würden islamisieren
- ihr würdet islamisieren
- Sie würden islamisieren
Konjunktiv II Futur II
- ich würde islamisiert haben
- du würdest islamisiert haben
- er/sie/es würde islamisiert haben
- wir würden islamisiert haben
- ihr würdet islamisiert haben
- Sie würden islamisiert haben
Zoek naar de vervoeging van een ander werkwoord in het Duits
Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken:
auseinanderdriftenbusselnhinausragenhineinfunkeninfantilisierenirreleitenirrlichternisolierenjauchenklarstellenlosgaloppierennäherbringenstörenverhärten