Vervoeging van het werkwoord ethnisieren in alle Duitse tijden

Hier zijn de vervoegtabellen van het werkwoord ethnisieren in het Duits. Om de vervoeging van een ander Duits werkwoord te zoeken, kun je hier klikken.

Vervoeging van het werkwoord "ethnisieren" in de Indikativ tijd

De Indikativ tijd is de meest gebruikte vervoeging in het Duits. Ze maken het mogelijk om een echt feit of echte actie uit te drukken zonder af te wijken van de realiteit.

Präsens

  • ich ethnisiere
  • du ethnisierst
  • er/sie/es ethnisiert
  • wir ethnisieren
  • ihr ethnisiert
  • Sie ethnisieren

Perfekt

  • ich habe ethnisoren
  • du hast ethnisoren
  • er/sie/es hat ethnisoren
  • wir haben ethnisoren
  • ihr habt ethnisoren
  • Sie haben ethnisoren

Präteritum

  • ich ethnisor
  • du ethnisorst
  • er/sie/es ethnisor
  • wir ethnisoren
  • ihr ethnisort
  • Sie ethnisoren

Plusquamperfekt

  • ich hatte ethnisoren
  • du hattest ethnisoren
  • er/sie/es hatte ethnisoren
  • wir hatten ethnisoren
  • ihr hattet ethnisoren
  • Sie hatten ethnisoren

Futur I

  • ich werde ethnisieren
  • du wirst ethnisieren
  • er/sie/es wird ethnisieren
  • wir werden ethnisieren
  • ihr werdet ethnisieren
  • Sie werden ethnisieren

Futur II

  • ich werde ethnisoren haben
  • du wirst ethnisoren haben
  • er/sie/es wird ethnisoren haben
  • wir werden ethnisoren haben
  • ihr werdet ethnisoren haben
  • Sie werden ethnisoren haben

Vervoeging van het werkwoord "ethnisieren" in de Imperativ, de Partizip tijd en de Infinitiv

De Imperativ en de Partizip tijd in Duitse vervoeging. Ze komen vaak voor.

De Imperativ wordt in het Duits gebruikt om orders te geven, iets te eisen van iemand of om iemand te vragen iets te doen. Deze wijs wordt vaak gebruikt in het Duits. De Partizip I en de Partizip II worden gebruikt in plaats van vervoegde werkwoorden of bijvoeglijke naamwoorden.

Imperativ Präsens

  • ethnisiere (du)
  • ethnisieren wir
  • ethnisiert ihr
  • ethnisieren Sie
  • ethnisier (du)
  • ethnisieren wir
  • ethnisiert ihr
  • ethnisieren Sie

Infinitiv - Präsens

  • ethnisieren

Infinitiv - Perfekt

  • ethnisoren haben

Partizip Präsens

  • ethnisierend

Partizip Perfekt

  • ethnisoren

Vervoeging van het werkwoord "ethnisieren" in de Konjunktiv I in het Duits

De hoofdfunctie van de Konjunktiv I in het Duits is indirect spreken, deze tijd wordt minder gebruikt in het Duits.

Konjunktiv I Präsens

  • ich ethnisiere
  • du ethnisierest
  • er/sie/es ethnisiere
  • wir ethnisieren
  • ihr ethnisieret
  • Sie ethnisieren

Konjunktiv I Perfekt

  • ich habe ethnisoren
  • du habest ethnisoren
  • er/sie/es habe ethnisoren
  • wir haben ethnisoren
  • ihr habet ethnisoren
  • Sie haben ethnisoren

Konjunktiv I Futur I

  • ich werde ethnisieren
  • du werdest ethnisieren
  • er/sie/es werde ethnisieren
  • wir werden ethnisieren
  • ihr werdet ethnisieren
  • Sie werden ethnisieren

Konjunktiv I Futur II

  • ich werde ethnisoren haben
  • du werdest ethnisoren haben
  • er/sie/es werde ethnisoren haben
  • wir werden ethnisoren haben
  • ihr werdet ethnisoren haben
  • Sie werden ethnisoren haben

Vervoeging van het werkwoord "ethnisieren" in de Konjunktiv II in het Duits.

De Konjunktiv II wordt hoofdzakelijk gebruikt om het onechte uit de drukken in het Duits. Deze tijd wordt niet vaak gebruikt.

Dit creëert een gat tussen spraak en werkelijkheid. De Konjunktiv II wordt gebruik om een hypothese, wens of een zin met een voorwaarde uit te drukken. Deze tijd wordt ook gebruik voor conventionele beleefde uitdrukking in het Duits.

Konjunktiv II Präteritum

  • ich ethnisöre
  • du ethnisörest
  • er/sie/es ethnisöre
  • wir ethnisören
  • ihr ethnisöret
  • Sie ethnisören
  • ich ethnisöre
  • du ethnisörst
  • er/sie/es ethnisöre
  • wir ethnisören
  • ihr ethnisört
  • Sie ethnisören

Konjunktiv II Plusquamperfekt

  • ich hätte ethnisoren
  • du hättest ethnisoren
  • er/sie/es hätte ethnisoren
  • wir hätten ethnisoren
  • ihr hättet ethnisoren
  • Sie hätten ethnisoren

Konjunktiv II Futur I

  • ich würde ethnisieren
  • du würdest ethnisieren
  • er/sie/es würde ethnisieren
  • wir würden ethnisieren
  • ihr würdet ethnisieren
  • Sie würden ethnisieren

Konjunktiv II Futur II

  • ich würde ethnisoren haben
  • du würdest ethnisoren haben
  • er/sie/es würde ethnisoren haben
  • wir würden ethnisoren haben
  • ihr würdet ethnisoren haben
  • Sie würden ethnisoren haben

Zoek naar de vervoeging van een ander werkwoord in het Duits

Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken: abebbeneinleseneinschmeichelnersingeneskamotierenetatisierenetikettierenevangelisierenfestsehengickernhereinsteckenknüppelnpaarlaufenwiederbewaffnen