Vervoeging van het werkwoord erlassen in alle Duitse tijden
Hier zijn de vervoegtabellen van het werkwoord erlassen in het Duits. Om de vervoeging van een ander Duits werkwoord te zoeken, kun je hier klikken.
Vervoeging van het werkwoord "erlassen" in de Indikativ tijd
De Indikativ tijd is de meest gebruikte vervoeging in het Duits. Ze maken het mogelijk om een echt feit of echte actie uit te drukken zonder af te wijken van de realiteit.
Präsens
- ich erlasse
- du erlässt
- er/sie/es erlässt
- wir erlassen
- ihr erlasst
- Sie erlassen
- ich erlasse
- du erläßt
- er/sie/es erläßt
- wir erlassen
- ihr erlaßt
- Sie erlassen
Perfekt
- ich habe erlassen
- du hast erlassen
- er/sie/es hat erlassen
- wir haben erlassen
- ihr habt erlassen
- Sie haben erlassen
Präteritum
- ich erließ
- du erließest
- er/sie/es erließ
- wir erließen
- ihr erließt
- Sie erließen
- ich erließ
- du erließt
- er/sie/es erließ
- wir erließen
- ihr erließt
- Sie erließen
Plusquamperfekt
- ich hatte erlassen
- du hattest erlassen
- er/sie/es hatte erlassen
- wir hatten erlassen
- ihr hattet erlassen
- Sie hatten erlassen
Futur I
- ich werde erlassen
- du wirst erlassen
- er/sie/es wird erlassen
- wir werden erlassen
- ihr werdet erlassen
- Sie werden erlassen
Futur II
- ich werde erlassen haben
- du wirst erlassen haben
- er/sie/es wird erlassen haben
- wir werden erlassen haben
- ihr werdet erlassen haben
- Sie werden erlassen haben
Vervoeging van het werkwoord "erlassen" in de Imperativ, de Partizip tijd en de Infinitiv
De Imperativ en de Partizip tijd in Duitse vervoeging. Ze komen vaak voor.
De Imperativ wordt in het Duits gebruikt om orders te geven, iets te eisen van iemand of om iemand te vragen iets te doen. Deze wijs wordt vaak gebruikt in het Duits. De Partizip I en de Partizip II worden gebruikt in plaats van vervoegde werkwoorden of bijvoeglijke naamwoorden.
Imperativ Präsens
- erlass (du)
- erlassen wir
- erlasst ihr
- erlassen Sie
- erlasse (du)
- erlassen wir
- erlaßt ihr
- erlassen Sie
Vervoeging van het werkwoord "erlassen" in de Konjunktiv I in het Duits
De hoofdfunctie van de Konjunktiv I in het Duits is indirect spreken, deze tijd wordt minder gebruikt in het Duits.
Konjunktiv I Präsens
- ich erlasse
- du erlassest
- er/sie/es erlasse
- wir erlassen
- ihr erlasset
- Sie erlassen
Konjunktiv I Perfekt
- ich habe erlassen
- du habest erlassen
- er/sie/es habe erlassen
- wir haben erlassen
- ihr habet erlassen
- Sie haben erlassen
Konjunktiv I Futur I
- ich werde erlassen
- du werdest erlassen
- er/sie/es werde erlassen
- wir werden erlassen
- ihr werdet erlassen
- Sie werden erlassen
Konjunktiv I Futur II
- ich werde erlassen haben
- du werdest erlassen haben
- er/sie/es werde erlassen haben
- wir werden erlassen haben
- ihr werdet erlassen haben
- Sie werden erlassen haben
Vervoeging van het werkwoord "erlassen" in de Konjunktiv II in het Duits.
De Konjunktiv II wordt hoofdzakelijk gebruikt om het onechte uit de drukken in het Duits. Deze tijd wordt niet vaak gebruikt.
Dit creëert een gat tussen spraak en werkelijkheid. De Konjunktiv II wordt gebruik om een hypothese, wens of een zin met een voorwaarde uit te drukken. Deze tijd wordt ook gebruik voor conventionele beleefde uitdrukking in het Duits.
Konjunktiv II Präteritum
- ich erließe
- du erließest
- er/sie/es erließe
- wir erließen
- ihr erließet
- Sie erließen
Konjunktiv II Plusquamperfekt
- ich hätte erlassen
- du hättest erlassen
- er/sie/es hätte erlassen
- wir hätten erlassen
- ihr hättet erlassen
- Sie hätten erlassen
Konjunktiv II Futur I
- ich würde erlassen
- du würdest erlassen
- er/sie/es würde erlassen
- wir würden erlassen
- ihr würdet erlassen
- Sie würden erlassen
Konjunktiv II Futur II
- ich würde erlassen haben
- du würdest erlassen haben
- er/sie/es würde erlassen haben
- wir würden erlassen haben
- ihr würdet erlassen haben
- Sie würden erlassen haben
Zoek naar de vervoeging van een ander werkwoord in het Duits
Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken:
einbunkerneinkneifenerdenkenerkühnenerlangenerlaubenerlernenexplizierenfütternherausrennenkatalysierennickenweiternutzen