Vervoeging van het werkwoord canceln in alle Duitse tijden
Hier zijn de vervoegtabellen van het werkwoord canceln in het Duits. Om de vervoeging van een ander Duits werkwoord te zoeken, kun je hier klikken.
Vervoeging van het werkwoord "canceln" in de Indikativ tijd
De Indikativ tijd is de meest gebruikte vervoeging in het Duits. Ze maken het mogelijk om een echt feit of echte actie uit te drukken zonder af te wijken van de realiteit.
Präsens
- ich cancle
- du cancelst
- er/sie/es cancelt
- wir canceln
- ihr cancelt
- Sie canceln
- ich cancele
- du cancelst
- er/sie/es cancelt
- wir canceln
- ihr cancelt
- Sie canceln
Perfekt
- ich habe gecancelt
- du hast gecancelt
- er/sie/es hat gecancelt
- wir haben gecancelt
- ihr habt gecancelt
- Sie haben gecancelt
Präteritum
- ich cancelte
- du canceltest
- er/sie/es cancelte
- wir cancelten
- ihr canceltet
- Sie cancelten
Plusquamperfekt
- ich hatte gecancelt
- du hattest gecancelt
- er/sie/es hatte gecancelt
- wir hatten gecancelt
- ihr hattet gecancelt
- Sie hatten gecancelt
Futur I
- ich werde canceln
- du wirst canceln
- er/sie/es wird canceln
- wir werden canceln
- ihr werdet canceln
- Sie werden canceln
Futur II
- ich werde gecancelt haben
- du wirst gecancelt haben
- er/sie/es wird gecancelt haben
- wir werden gecancelt haben
- ihr werdet gecancelt haben
- Sie werden gecancelt haben
Vervoeging van het werkwoord "canceln" in de Imperativ, de Partizip tijd en de Infinitiv
De Imperativ en de Partizip tijd in Duitse vervoeging. Ze komen vaak voor.
De Imperativ wordt in het Duits gebruikt om orders te geven, iets te eisen van iemand of om iemand te vragen iets te doen. Deze wijs wordt vaak gebruikt in het Duits. De Partizip I en de Partizip II worden gebruikt in plaats van vervoegde werkwoorden of bijvoeglijke naamwoorden.
Imperativ Präsens
- cancle (du)
- canceln wir
- cancelt ihr
- canceln Sie
Vervoeging van het werkwoord "canceln" in de Konjunktiv I in het Duits
De hoofdfunctie van de Konjunktiv I in het Duits is indirect spreken, deze tijd wordt minder gebruikt in het Duits.
Konjunktiv I Präsens
- ich cancle
- du canclest
- er/sie/es cancle
- wir canclen
- ihr canclet
- Sie canclen
Konjunktiv I Perfekt
- ich habe gecancelt
- du habest gecancelt
- er/sie/es habe gecancelt
- wir haben gecancelt
- ihr habet gecancelt
- Sie haben gecancelt
Konjunktiv I Futur I
- ich werde canceln
- du werdest canceln
- er/sie/es werde canceln
- wir werden canceln
- ihr werdet canceln
- Sie werden canceln
Konjunktiv I Futur II
- ich werde gecancelt haben
- du werdest gecancelt haben
- er/sie/es werde gecancelt haben
- wir werden gecancelt haben
- ihr werdet gecancelt haben
- Sie werden gecancelt haben
Vervoeging van het werkwoord "canceln" in de Konjunktiv II in het Duits.
De Konjunktiv II wordt hoofdzakelijk gebruikt om het onechte uit de drukken in het Duits. Deze tijd wordt niet vaak gebruikt.
Dit creëert een gat tussen spraak en werkelijkheid. De Konjunktiv II wordt gebruik om een hypothese, wens of een zin met een voorwaarde uit te drukken. Deze tijd wordt ook gebruik voor conventionele beleefde uitdrukking in het Duits.
Konjunktiv II Präteritum
- ich cancelte
- du canceltest
- er/sie/es cancelte
- wir cancelten
- ihr canceltet
- Sie cancelten
Konjunktiv II Plusquamperfekt
- ich hätte gecancelt
- du hättest gecancelt
- er/sie/es hätte gecancelt
- wir hätten gecancelt
- ihr hättet gecancelt
- Sie hätten gecancelt
Konjunktiv II Futur I
- ich würde canceln
- du würdest canceln
- er/sie/es würde canceln
- wir würden canceln
- ihr würdet canceln
- Sie würden canceln
Konjunktiv II Futur II
- ich würde gecancelt haben
- du würdest gecancelt haben
- er/sie/es würde gecancelt haben
- wir würden gecancelt haben
- ihr würdet gecancelt haben
- Sie würden gecancelt haben
Zoek naar de vervoeging van een ander werkwoord in het Duits
Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken:
ausstanzenbaumelnboulevardisierenbusselncampierenkarbonisierenchartendavonmachendurchkomponiereneinverleibenherausquetschenhinüberbeugenumorientieren