Vervoeging van het werkwoord abheilen in alle Duitse tijden
Hier zijn de vervoegtabellen van het werkwoord abheilen in het Duits. Om de vervoeging van een ander Duits werkwoord te zoeken, kun je hier klikken.
Vervoeging van het werkwoord "abheilen" in de Indikativ tijd
De Indikativ tijd is de meest gebruikte vervoeging in het Duits. Ze maken het mogelijk om een echt feit of echte actie uit te drukken zonder af te wijken van de realiteit.
Präsens
- ich heile ab
- du heilst ab
- er/sie/es heilt ab
- wir heilen ab
- ihr heilt ab
- Sie heilen ab
Perfekt
- ich bin abgeheilt
- du bist abgeheilt
- er/sie/es ist abgeheilt
- wir sind abgeheilt
- ihr seid abgeheilt
- Sie sind abgeheilt
Präteritum
- ich heilte ab
- du heiltest ab
- er/sie/es heilte ab
- wir heilten ab
- ihr heiltet ab
- Sie heilten ab
Plusquamperfekt
- ich war abgeheilt
- du warst abgeheilt
- er/sie/es war abgeheilt
- wir waren abgeheilt
- ihr wart abgeheilt
- Sie waren abgeheilt
Futur I
- ich werde abheilen
- du wirst abheilen
- er/sie/es wird abheilen
- wir werden abheilen
- ihr werdet abheilen
- Sie werden abheilen
Futur II
- ich werde abgeheilt sein
- du wirst abgeheilt sein
- er/sie/es wird abgeheilt sein
- wir werden abgeheilt sein
- ihr werdet abgeheilt sein
- Sie werden abgeheilt sein
Vervoeging van het werkwoord "abheilen" in de Imperativ, de Partizip tijd en de Infinitiv
De Imperativ en de Partizip tijd in Duitse vervoeging. Ze komen vaak voor.
De Imperativ wordt in het Duits gebruikt om orders te geven, iets te eisen van iemand of om iemand te vragen iets te doen. Deze wijs wordt vaak gebruikt in het Duits. De Partizip I en de Partizip II worden gebruikt in plaats van vervoegde werkwoorden of bijvoeglijke naamwoorden.
Imperativ Präsens
- heile (du) ab
- heilen wir ab
- heilt ihr ab
- heilen Sie ab
Vervoeging van het werkwoord "abheilen" in de Konjunktiv I in het Duits
De hoofdfunctie van de Konjunktiv I in het Duits is indirect spreken, deze tijd wordt minder gebruikt in het Duits.
Konjunktiv I Präsens
- ich heile ab
- du heilest ab
- er/sie/es heile ab
- wir heilen ab
- ihr heilet ab
- Sie heilen ab
Konjunktiv I Perfekt
- ich sei abgeheilt
- du seiest abgeheilt
- er/sie/es sei abgeheilt
- wir seien abgeheilt
- ihr seiet abgeheilt
- Sie seien abgeheilt
Konjunktiv I Futur I
- ich werde abheilen
- du werdest abheilen
- er/sie/es werde abheilen
- wir werden abheilen
- ihr werdet abheilen
- Sie werden abheilen
Konjunktiv I Futur II
- ich werde abgeheilt sein
- du werdest abgeheilt sein
- er/sie/es werde abgeheilt sein
- wir werden abgeheilt sein
- ihr werdet abgeheilt sein
- Sie werden abgeheilt sein
Vervoeging van het werkwoord "abheilen" in de Konjunktiv II in het Duits.
De Konjunktiv II wordt hoofdzakelijk gebruikt om het onechte uit de drukken in het Duits. Deze tijd wordt niet vaak gebruikt.
Dit creëert een gat tussen spraak en werkelijkheid. De Konjunktiv II wordt gebruik om een hypothese, wens of een zin met een voorwaarde uit te drukken. Deze tijd wordt ook gebruik voor conventionele beleefde uitdrukking in het Duits.
Konjunktiv II Präteritum
- ich heilte ab
- du heiltest ab
- er/sie/es heilte ab
- wir heilten ab
- ihr heiltet ab
- Sie heilten ab
Konjunktiv II Plusquamperfekt
- ich wäre abgeheilt
- du wärest abgeheilt
- er/sie/es wäre abgeheilt
- wir wären abgeheilt
- ihr wäret abgeheilt
- Sie wären abgeheilt
Konjunktiv II Futur I
- ich würde abheilen
- du würdest abheilen
- er/sie/es würde abheilen
- wir würden abheilen
- ihr würdet abheilen
- Sie würden abheilen
Konjunktiv II Futur II
- ich würde abgeheilt sein
- du würdest abgeheilt sein
- er/sie/es würde abgeheilt sein
- wir würden abgeheilt sein
- ihr würdet abgeheilt sein
- Sie würden abgeheilt sein
Zoek naar de vervoeging van een ander werkwoord in het Duits
Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken:
abebbenabhärtenabheftenabhelfenabhungernabschäumenankrallenaufschnallendesensibilisierenentleerenmunitionieren
