Vervoeging van het werkwoord assimilieren in alle Duitse tijden
Hier zijn de vervoegtabellen van het werkwoord assimilieren in het Duits. Om de vervoeging van een ander Duits werkwoord te zoeken, kun je hier klikken.
Vervoeging van het werkwoord "assimilieren" in de Indikativ tijd
De Indikativ tijd is de meest gebruikte vervoeging in het Duits. Ze maken het mogelijk om een echt feit of echte actie uit te drukken zonder af te wijken van de realiteit.
Präsens
- ich assimiliere
- du assimilierst
- er/sie/es assimiliert
- wir assimilieren
- ihr assimiliert
- Sie assimilieren
Perfekt
- ich habe assimiliert
- du hast assimiliert
- er/sie/es hat assimiliert
- wir haben assimiliert
- ihr habt assimiliert
- Sie haben assimiliert
Präteritum
- ich assimilierte
- du assimiliertest
- er/sie/es assimilierte
- wir assimilierten
- ihr assimiliertet
- Sie assimilierten
Plusquamperfekt
- ich hatte assimiliert
- du hattest assimiliert
- er/sie/es hatte assimiliert
- wir hatten assimiliert
- ihr hattet assimiliert
- Sie hatten assimiliert
Futur I
- ich werde assimilieren
- du wirst assimilieren
- er/sie/es wird assimilieren
- wir werden assimilieren
- ihr werdet assimilieren
- Sie werden assimilieren
Futur II
- ich werde assimiliert haben
- du wirst assimiliert haben
- er/sie/es wird assimiliert haben
- wir werden assimiliert haben
- ihr werdet assimiliert haben
- Sie werden assimiliert haben
Vervoeging van het werkwoord "assimilieren" in de Imperativ, de Partizip tijd en de Infinitiv
De Imperativ en de Partizip tijd in Duitse vervoeging. Ze komen vaak voor.
De Imperativ wordt in het Duits gebruikt om orders te geven, iets te eisen van iemand of om iemand te vragen iets te doen. Deze wijs wordt vaak gebruikt in het Duits. De Partizip I en de Partizip II worden gebruikt in plaats van vervoegde werkwoorden of bijvoeglijke naamwoorden.
Imperativ Präsens
- assimiliere (du)
- assimilieren wir
- assimiliert ihr
- assimilieren Sie
Vervoeging van het werkwoord "assimilieren" in de Konjunktiv I in het Duits
De hoofdfunctie van de Konjunktiv I in het Duits is indirect spreken, deze tijd wordt minder gebruikt in het Duits.
Konjunktiv I Präsens
- ich assimiliere
- du assimilierest
- er/sie/es assimiliere
- wir assimilieren
- ihr assimilieret
- Sie assimilieren
Konjunktiv I Perfekt
- ich habe assimiliert
- du habest assimiliert
- er/sie/es habe assimiliert
- wir haben assimiliert
- ihr habet assimiliert
- Sie haben assimiliert
Konjunktiv I Futur I
- ich werde assimilieren
- du werdest assimilieren
- er/sie/es werde assimilieren
- wir werden assimilieren
- ihr werdet assimilieren
- Sie werden assimilieren
Konjunktiv I Futur II
- ich werde assimiliert haben
- du werdest assimiliert haben
- er/sie/es werde assimiliert haben
- wir werden assimiliert haben
- ihr werdet assimiliert haben
- Sie werden assimiliert haben
Vervoeging van het werkwoord "assimilieren" in de Konjunktiv II in het Duits.
De Konjunktiv II wordt hoofdzakelijk gebruikt om het onechte uit de drukken in het Duits. Deze tijd wordt niet vaak gebruikt.
Dit creëert een gat tussen spraak en werkelijkheid. De Konjunktiv II wordt gebruik om een hypothese, wens of een zin met een voorwaarde uit te drukken. Deze tijd wordt ook gebruik voor conventionele beleefde uitdrukking in het Duits.
Konjunktiv II Präteritum
- ich assimilierte
- du assimiliertest
- er/sie/es assimilierte
- wir assimilierten
- ihr assimiliertet
- Sie assimilierten
Konjunktiv II Plusquamperfekt
- ich hätte assimiliert
- du hättest assimiliert
- er/sie/es hätte assimiliert
- wir hätten assimiliert
- ihr hättet assimiliert
- Sie hätten assimiliert
Konjunktiv II Futur I
- ich würde assimilieren
- du würdest assimilieren
- er/sie/es würde assimilieren
- wir würden assimilieren
- ihr würdet assimilieren
- Sie würden assimilieren
Konjunktiv II Futur II
- ich würde assimiliert haben
- du würdest assimiliert haben
- er/sie/es würde assimiliert haben
- wir würden assimiliert haben
- ihr würdet assimiliert haben
- Sie würden assimiliert haben
Zoek naar de vervoeging van een ander werkwoord in het Duits
Andere willekeurige werkwoorden om te ontdekken:
abmurksenabschuftenantransportierenartikulierenassignierenassistierenatmenauflauernauskreuzenbemitleidenemanierengehorchenreingehören